Het ODIGIA-Instituut voor Oost-Christelijke KunstStichting ODIGIA is een niet-commerciële organisatie die de lange historie en veelzijdige schoonheid van de ikonenkunst toegankelijk maakt. Met groot respect voor de inspirerende bronnen, zonder zich daarbij te binden aan, of te beperken tot enige religieuze richting.
Aanvankelijk omvatte het 'werkgebied' van de Stichting ODIGIA en haar voorgangers hoofdzakelijk de Russische ikonenkunst. Met het zoeken naar de oorsprong daarvan breidde de interesse zich uit tot de hele Oost-Christelijke kunst. Dat voerde - bijna vanzelfsprekend - tot de bronnen daarvan in de Aziatische en Europees antieke culturen. Uiteindelijk hoopt de Stichting in het door haar te verwezenlijken "Ikonyon" de ontwikkeling in het samengaan van beeld en devotie, vanaf de eerste uitingen van de mens tot nu, 'her-beleefbaar' te maken.
In 1995 kon de Stichting ODIGIA verhuizen naar een (lang leegstaand) complex tussen de Molenstraat en het Noordeinde in Den Haag met een oppervlakte van 2500 mr2. Dat werd volledig het terrein van de Stichting Odigia. Voor al haar doelstellingen. Zowel wetenschappelijk als publieksgericht.
Met een vaste collectie ikonen, meerdere exposities, meer aandacht voor educatie, meer gericht op ‘passanten’ werd dit het eerste specifieke 'Ikonenmuseum' in Nederland.
Maar een particulier, niet gesubsidieerd museum is een héél dure hobby. Het was dan ook grotendeels aan de toeschietelijkheid van de ‘huisbaas’ te danken dat Odigia het tot in 2005 kon volhouden.
Medio 2005 werd het complex verkocht aan een projectontwikkelaar, die 'stadsappartementen' wilde bouwen waarvoor Odigia moest ontruimen. Overigens niet eens met veel spijt. Odigia was tot de overtuiging gekomen dat zij tot meer in staat is dan het – toch wat provisorische – kleine museum. Tot meer dan het tonen van ikonen. Méér dan een museum.
Onderzoek
Om haar doelstellingen als ‘Instituut’ na te komen – en natuurlijk uit een bijna onbedwingbare interesse (‘nieuwsgierigheid’) doen Odigia en haar initiators al ruim 40 jaar (vergelijkend) onderzoek binnen de oneindige rijkdom van de orthodox-christelijke iconografie. Zij wil de kennis daarover coördineren en promoten. Vanzelfsprekend wordt daarbij extra aandacht geschonken aan de kunstwerken die, vanuit de landen van oorsprong, naar ‘het Westen’ - en in het bijzonder naar Nederland – zijn gekomen.
Meestal betreffen dit transportabele ikonen, geschilderd op paneel en gegoten in koper. Bij uitzondering bevinden zich in het Westen (fragmenten van) mozaïeken of wandschilderingen. Zeldzaam, maar niet onbekend, zijn kleinoden van ivoor, zilver of goud, liturgisch gerei en oude manuscripten.
Beeldarchief
Het Instituut beschikt over een uitgebreid beeldarchief, gespecialiseerd in de Oost-christelijke beeldende kunst. Het omvangrijke beeldarchief is het resultaat van ruim 40 jaar verzamelen van beeldmateriaal. Het grootste deel daarvan is inmiddels gedigitaliseerd.
Documentatie
In de loop der jaren heeft een staf van kunsthistorici en computerdeskundigen de basis gelegd voor een documentatie- en informatiesysteem voor Internet, dat met een uitgebreid programma voor beeldvergelijking toegang gaat geven tot de ontelbare variaties aan ‘Ikonen’. Nog steeds wordt hier aan ‘gesleuteld’, waarbij de snelle ontwikkelingen op gebied van ICT steeds nieuwe(re), grotere en snellere mogelijkheden bieden.
Bescherming Kunstbezit
Bij haar onderzoeken naar herkomst en legitieme verkrijging van kunstwerken worden de richtlijnen gevolgd van de UNESCO Conventie van 1970 en van overige wetten en richtlijnen die internationaal en in Nederland ter bescherming van kunstbezit zijn vastgesteld.
Onder "vragen en advies" treft u een tekst aan, waarin antwoord gegeven wordt op de vraag van een Vriend van Odigia: "Hoe worden cultuurgoederen beschermd?"